MET ONZE NATUURSTEEN VERWERKINGSVIDEO KOMT U VERDER!
VERWERKING EN ONDERHOUD NATUURSTEEN
Zodra u het juiste product heeft gekozen, moet dit zorgvuldig en netjes verwerkt worden om een duurzaam en mooi bestratingsoppervlak te verkrijgen. Om dit te vereenvoudigen hebben we de verwerkingsinstructies beschikbaar als video en tekst. Houd rekening met de volgende verwerkingsinstructies.
TWEE SOORTEN VERWERKING IN STAPPEN
ONGEBONDEN VERWERKING
- VOOR DE VERWERKING
Controleer voordat u de tegels gaat leggen het materiaal op soort, hoeveelheid en kwaliteit. Eventuele gebreken aan het materiaal moeten schriftelijk worden gemeld voordat de bestrating wordt aangelegd.
- VOORBEREIDING VAN DE ONDERGROND
Graaf niet-dragende bodemlagen af totdat u een stabiele ondergrond bereikt. De ondergrond moet minstens 35 cm onder de bestrating liggen en een helling van minimaal 1,5% hebben voor een goede waterafvoer. Verdicht de ondergrond met een geschikte trilplaat voordat u de draag- en vorstbeschermende laag aanbrengt.
- DRAAG- EN VORSTBESCHERMENDE LAAG
Breng een draag- en vorstbeschermende laag aan en verdicht deze in lagen met grind of split. Zorg ervoor dat er ook een helling van minimaal 1,5% is. Plaats randafscheidingen (bijvoorbeeld opsluitbanden) op de juiste hoogte en op een betonnen fundament om te voorkomen dat de stenen verschuiven. Probeer zoveel mogelijk te werken volgens de stramienmaat (steenmaat + voegen) om snijwerk te vermijden.
- DE BEDDING
De bedding bestaat uit een 4-5 cm dikke laag van een niet verdichte fijne split (1-3 mm, geen zand of iets dergelijks). Gebruik gereedschap zoals een rei en twee afreilatten om het bed vlak af te werken met helling.
- VERWERKING
Nadat het bed is aangebracht, mag u er niet meer op lopen. Leg de tegels van bovenaf op het bestrate oppervlak en werk rij voor rij. Om mogelijke verontreinigingen van de tegels door het bed te voorkomen, wordt aanbevolen om de onderkant van de tegels te voorzien van een geschikte hechtmortel voor natuursteen. Voor een homogene kleurverdeling moeten de tegels worden gemengd uit verschillende pakketten en lagen. Zorg voor een volledige ondersteuning van de tegels om later gekantelde tegels te voorkomen.
Gebruik een rubberen hamer en een stuk hout om de tegels op hoogte te brengen. De tegels mogen niet getrild worden! Houd een voegbreedte van ongeveer 4 mm tot 2 mm aan. Gebruik REDSUN Spacers voor een gelijkmatig voegbeeld. Gebruik een richtsnoer om ervoor te zorgen dat alles recht wordt gelegd. Verleg het oppervlak continu bij naarmate u vordert en vermijd betreden of berijden van de nog niet verlegde delen.
- VOEGEN
De gevormde voegen moeten volledig worden afgedicht met een geschikt voegmateriaal (bijv. invoegzand met een korrelgrootte van 0,02-2 mm). Bij het afronden van het voegen moet het oppervlak schoon en vrij van resten zijn. Als alternatief kunnen de natuursteentegels ook stevig worden gevoegd met geschikte een- of meercomponentenvoegmortel. Hierbij moeten de verwerkingsinstructies van de fabrikant strikt worden opgevolgd, met name met betrekking tot de ondergrond en de voegvorming. Als er behoefte is aan bewegingsvrijheid, moeten dilatatievoegen worden aangelegd en uitgevoerd. Bij aansluitingen op bouwelementen of muren moet ook een bewegingsvoeg worden aangebracht.
GEBONDEN BEDDING OP EEN ONGEBONDEN DRAAGLAAG
- VOOR DE VERWERKING
Controleer voordat u de tegels gaat leggen het materiaal op soort, hoeveelheid en kwaliteit. Eventuele gebreken aan het materiaal moeten schriftelijk worden gemeld voordat de be- strating wordt aangelegd. .
- VOORBEREIDING VAN DE ONDERGROND
Graaf niet-dragende bodemlagen af totdat u een stabiele ondergrond bereikt. De ondergrond moet minstens 35 cm onder de bestrating liggen en een helling van minimaal 1,5% hebben voor een goede waterafvoer. Verdicht de ondergrond met een geschikte trilplaat voordat u de draag- en vorstbeschermende laag aanbrengt.
- DRAAG- EN VORSTBESCHERMENDE LAAG
Breng een draag- en vorstbeschermende laag aan en verdicht deze in lagen met grind of split. Zorg ervoor dat er ook een helling van minimaal 1,5% is. Plaats randafscheidingen (bijvoorbeeld opsluitbanden) op de juiste hoogte en op een betonnen fundament om te voorkomen dat de stenen verschuiven. Probeer zoveel mogelijk te werken volgens de stramienmaat (steenmaat + voegen) om snijwerk te vermijden.
- BEDIENINGS- EN NIVELLERINGSLAAG
Het bed wordt gemaakt van een 6 cm dikke, niet-verdichte, voor natuursteen geschikte monokorrelmortel, en wordt vlak afgewerkt met behulp van een rei en twee afreilatten. Meng alleen zoveel materiaal als binnen de verwerkingstijd verwerkt kan worden.
- VERPLAATSING
Nadat het bed is aangebracht, mag u er niet meer op lopen. Leg de tegels van bovenaf op het bestrate oppervlak en werk rij voor rij. Om mogelijke verontreinigingen van de tegels door het bed te voorkomen, wordt aanbevolen om de onderkant van de tegels te voorzien van een geschikte hechtmortel voor natuursteen. Vervolgens worden de tegels geplaatst in de nog niet uitgeharde bedding. Voor een homogene kleurverdeling moeten de tegels worden gemengd uit verschillende pakketten en lagen. Zorg voor een volledige ondersteu- ning van de tegels om later gekantelde tegels te voorkomen. Gebruik een rubberen hamer en een stuk hout om de tegels op hoogte te brengen. De tegels mogen niet getrild worden! Houd een voegbreedte van ongeveer 4 mm tot 2 mm aan. Gebruik REDSUN Spacers voor een gelijkmatig voegbeeld. Gebruik een richtsnoer om ervoor te zorgen dat alles recht wordt gelegd. Verleg het oppervlak continu bij naarmate u vordert en vermijd betreden of berijden van de nog niet verlegde delen. Bij de gebonden constructiemethode moet reke- ning worden gehouden met bewegingsvoegen naar het gebouw of afhankelijk van de grootte van het oppervlak.
- VOEGEN
De gevormde voegen moeten volledig worden afgedicht met een geschikt voegmateriaal (bijv. invoegzand met een korrelgrootte van 0,02-2 mm). Bij het afronden van het voegen moet het oppervlak schoon en vrij van resten zijn. Als alternatief kunnen de natuursteentegels ook stevig worden gevoegd met geschikte een- of meercomponentenvoegmortel. Hierbij moeten de verwerkingsinstructies van de fabrikant strikt worden opgevolgd, met name met betrekking tot de ondergrond en de voegvorming. Als er behoefte is aan bewegingsvrijheid, moeten dilatatievoegen worden aangelegd en uitgevoerd. Bij aansluitingen op bouwelementen of muren moet ook een bewegingsvoeg worden aangebracht.
REINIGING & ONDERHOUD
Natuursteen is een hoogwaardig en duurzaam bouwmateriaal dat een aantrekkelijke keuze is voor buitengebruik, omdat het robuust is en tegelijkertijd een natuurlijke schoonheid uitstraalt.
Om er echter voor te zorgen dat uw natuurstenen oppervlakte buiten lang mooi blijft, is het belangrijk om deze op de juiste manier te onderhouden en schoon te maken. Veeg het oppervlak regelmatig om grof vuil te verwijderen. Verwijder onmiddellijk achtergebleven bladeren of aarde. Het gebruik van een hogedrukreiniger moet worden verme- den, omdat de stenen door de hoge druk ruw kunnen worden en vuil zich daardoor beter kan ophopen.
Bij hardnekkige vlekken kan een borstel of spons worden gebruikt. Gebruik alleen milde, pH-neutrale reinigingsmiddelen en warm water om uw natuurstenen vloer te reinigen. Scherpe, zuurhoudende reinigingsmiddelen zijn niet geschikt, omdat deze de steen kunnen beschadigen. Test altijd de compatibiliteit van een reinigingsmiddel op onopvallende plaatsen voordat u het gebruikt. Het gebruik van krassende materialen, scherpe gereedschappen of zware voorwerpen moet worden vermeden, omdat hierdoor het oppervlak kan worden aangetast. Om natuursteentegels te beschermen tegen vervuiling, wordt aanbevolen om de tegels te behandelen met een geschikte impregnering. Laat u hierover adviseren door een vertrouwde specialist.